Te Gast: Politiek moet ook in 'eigen vlees' durven snijden

24 januari verscheen er in de Leeuwarder Courant een ingezonden stuk van VVD-Statenleden Tom van Mourik en Aukje de Vries. Hieronder het artikel.

Het Kabinet doet voorstellen voor minder bestuurders. De Tweede en Eerste Kamer moeten respectievelijk van 150 en 75 leden naar 100 en 50. Tot 1956 had de Eerste Kamer overigens ook 50 leden. Voor Provinciale Staten en de Gemeenteraden wil het Kabinet naar 25% minder leden. Waarom minder bestuurders? Het is natuurlijk geen doel op zich. Maar meer bestuurders zorgen wel voor meer bestuurlijke drukte.

De VVD wil toe naar een kleinere overheid. Dat is belangrijk. Minder regels, minder bureaucreatie, minder taken en minder ambtenaren. Waar het nodig is moet de overheid helpen , maar het moet ook duidelijk zijn waar de overheid geen taak heeft. Als je een kleinere overheid wilt, met minder ambtenaren, dan moet je ook naar de politieke ambtsdragers durven kijken.

De provincie Fryslân gaat tientallen banen van ambtenaren schrappen. De provincie Fryslân vraagt van instellingen dat ze 5% van hun subsidie inleveren en dus moeten krimpen. Waarom zou er dan geen vermindering van het aantal gedeputeerden en statenleden kunnen plaatsvinden?

Goed voorbeeld doet goed volgen. Het Kabinet telt geen 27 maar 20 bewindslieden, terwijl het aantal ministeries en ambtenaren fors wordt verminderd. Het aantal gedeputeerden daalt in Nederland met 17%. Fryslân houdt echter vijf gedeputeerden en is zowat de enige uitzondering. Ook het wetsvoorstel voor vermindering van het aantal statenleden stuit hier op forse kritiek.

Een vaak genoemd motief tegen vermindering is de pluriformiteit. Hoe meer ambtsdragers hoe meer pluriformiteit. Het is maar de vraag of dit verband zo gelegd kan worden. Als je kijkt naar verschillende raden en staten, dan is het aantal partijen enorm toegenomen (in Harlingen bijvoorbeeld 9 partijen op 17 zetels!). In Provinciale Staten van Fryslân zou bij 25% minder statenleden, zoals het wetsvoorstel luidt geen enkele van de in 2011 gekozen partijen buiten de boot zijn gevallen. De vermindering gaat dus niet ten koste van de pluriformiteit.

De werkdruk is ook een argument om tegen minder bestuurders te zijn. Grote decentralisaties brengen nieuwe taken voor gemeenten en provincies met zich mee. Maar betekenen "meer vergaderaars" ook automatisch een inhoudelijk betere en vlottere behandeling? Er zijn behoorlijk wat efficiency slagen te maken als het gaat om het werk in staten en raden. Je moet dan misschien wel kijken naar de ondersteuning, die bij de provincie Fryslân overigens al erg goed geregeld is. Kleinere partijen zouden misschien relatief meer budget kunnen krijgen zodat voorbereiding en ondersteuning verbeterd kan worden.

Iedereen kan zich dan wel beperken tot de hoofdlijnen van onderwerpen en de zaken waar ze ook echt over gaan. Vaak gaat de kwaliteit van het politieke debat omhoog als het zich op hoofdlijnen richt. Het publiek herkent zich meer in de discussie. Is dat nu zo verkeerd?

VVD Fryslân. Tom van Mourik en Aukje de Vries

Publicatiedatum: 24 januari 2012