Jeugdzorg: minder snel en vaak doorverwijzen

VVD Fryslân heeft schriftelijke vragen gesteld aan het college van GS naar aanleiding van het rapport van de Raad voor Maatschappelijke Ontwikkeling (RMO) dat gisteren is gepresenteerd.

Het rapport stelt dat problemen in gezinnen beter in eigen kring zouden kunnen worden opgelost, met behulp van de huisarts of de leerkracht. Volgens de RMO is in de afgelopen jaren te snel en te vaak doorverwezen naar gespecialiseerde instanties.

De VVD spreekt dit rapport zeer aan, want kwetsbare kinderen en gezinnen worden zo beter en sneller geholpen naar zelfstandigheid en bovendien voorkom je het onnodig plakken van ziekte-etiketten.
De VVD wil graag van GS weten wat het college vindt van het advies van het RMO. Ook wil de VVD graag weten welke concrete mogelijkheden het college ziet om in te spelen op het advies van de RMO. Vanaf 2016 moeten alle taken van ondersteuning en zorg voor de jeugd onder zijn gebracht bij de gemeente. De VVD wil daarom ook graag weten welke mogelijkheden het college ziet om de aanbevelingen uit dit rapport in het transitieproces jeugdzorg richting gemeenten mee te nemen.

 

 

SCHRIFTELIJKE VRAGEN, ex artikel 39 Reglement van Orde

 

 

Gericht aan

GS / lid van GS

 

Het college van Gedeputeerde Staten
Onderwerp

 

 

Jeugdzorg – rapport Raad voor Maatschappelijke Ontwikkeling “Ontzorgen en normaliseren”
Vraag / Vragen

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

1. Vandaag heeft de Raad voor Maatschappelijke Ontwikkeling (RMO) het rapport “Ontzorgen en normaliseren” gepresenteerd. De RMO wil minder nadruk op sturen, controleren en doorverwijzen, en meer op ontmoeten, vertrouwen opbouwen en gesprekken voeren. Problemen in gezinnen zouden beter in eigen kring kunnen worden opgelost, met behulp van de huisarts of de leerkracht. Volgens de raad is in de afgelopen jaren te snel en te vaak doorverwezen naar gespecialiseerde instanties. De VVD spreekt dit rapport zeer aan, want kwetsbare kinderen en gezinnen worden zo beter en sneller geholpen naar zelfstandigheid en bovendien voorkom je het onnodig plakken van ziekte-etiketten. Wat vindt het college van het advies van de RMO?

 

2. Het kabinet heeft plannen vanaf 2015 de ondersteuning en zorg voor de jeugd onder te brengen bij de gemeenten. Uiterlijk eind 2016 moeten alle taken en verantwoordelijkheden zijn overgeheveld. Tot die tijd zijn de provincies nog verantwoordelijk voor de jeugdzorg. De VVD is van mening dat dit niet wil zeggen dat de provincies niets meer zouden moeten hoeven doen en bijvoorbeeld hun beleid niet hoeven aan te passen aan de huidige inzichten. Wat gaat het college van GS doen met de aanbevelingen uit het rapport van de RMO en op welke termijn? Welke concrete mogelijkheden ziet het college van GS om de komende periode al in te spelen op de aanbevelingen vanuit de RMO? Indien het college geen mogelijkheden ziet, waarom niet?

 

3. Welke concrete mogelijkheden ziet het college om de aanbevelingen van dit rapport in het transitieproces jeugdzorg richting gemeenten mee te nemen? Hoe wil het college dit oppakken? Is dit aanleiding voor het college om het transitieproces jeugdzorg te versnellen richting de gemeenten? Zo ja/nee, waarom?

 

4. De RMO constateert dat de ondersteuning dicht bij huis vanuit de mogelijkheden in het gezin en in een vertrouwde sociale omgeving niet goed van de grond komt. Hoe is dit te verbeteren?

 

   
Indiener (s)

VVD

 

Sylvia Hosman
 

VVD Statenfractie

 

 

RMO Rapport- Ontzorgen en normaliseren.pdf

Samenvatting Ontzorgen en normaliseren.pdf

Publicatiedatum: 3 april 2012